“Het ziekenhuis stond op zijn kop”
De eerste coronapiek testte de zorgsector op alle vlakken. Het UZ in Brussel kreeg met een ongeziene toestroom aan patiënten te maken. Een van de verpleegkundigen, Koen Detobel, vertelt hoe het er in al die hectiek aan toeging. “We hadden al enkele rampen te verduren gekregen, maar dit sloeg alles.”
Midden maart begon één van de meest uitdagende periodes voor ziekenhuizen over heel de wereld. Het coronavirus hield ook in België huis en hoewel de eerste patiënten aanvankelijk nog langzaamaan binnendruppelden, liep dat aantal heel snel op. Koen Detobel, stafmedewerker van de directie nursing, verpleegkunde en vroedkunde, zag hoe het in enkele dagen heel snel ging. “In de eerste dagen kwamen er één tot twee patiënten per dag bij”, vertelt Koen. “Na een week waren er dat zo’n vijftien tot twintig per dag. We wisten niet zo goed wat er ons te wachten stond en werden gedwongen om heel snel op veel fronten bij te sturen. Gelukkig hadden we altijd wel het gevoel dat we de situatie onder controle hadden en de verdere evoluties telkens een stapje voor waren.”
Een ingrijpende reorganisatie
Als verantwoordelijke voor het opnamebeleid, had Koen het beste zicht op de grote toestroom aan patiënten en stond hij mee aan de basis van de grondige herschikkingen die in het UZ in Brussel werden doorgevoerd. Allereerst moest de capaciteit omhoog. Het ziekenhuis beschikt over 721 normale bedden en 36 intensive care-bedden. Dat laatste aantal is met 26 opgekrikt, maar er gebeurde heel wat meer dan dat. In een mum van tijd werd de spoedafdeling omgebouwd, werden er extra muren gemetseld en ging UZ Brussel van één naar drie COVID-afdelingen. Ook het personeel werd omgeschoold. “Mensen die voorheen nooit met patiënten in aanraking kwamen, sprongen plots bij op allerlei afdelingen. Zo gingen laboranten bijvoorbeeld de nachtploeg ondersteunen waar nodig”, aldus Koen. Verder waren de beschermingsmiddelen een belangrijk luik. “We moesten waken dat er altijd voldoende mondmaskers en ontsmettingsmiddel op voorraad waren. Er kwam dus veel meer bij kijken dan je initieel zou denken. Het hele ziekenhuis stond echt wel op zijn kop.”
Limieten snel overschreden
Uiteindelijk behield het UZ Brussel de controle, maar dat ging niet zonder slag of stoot. Het ziekenhuispersoneel werkte aan een ongeziene intensiteit. Waar medisch personeel in normale omstandigheden niet meer dan 50 uur per week mag werken, werden die limieten al snel overschreden. Het personeel is gedurende de hele periode echt tot het uiterste gegaan. Volgens Koen maakten de werknemers in het ziekenhuis bovendien ook al wel wat mee, bijvoorbeeld bij de ontploffingen in Maalbeek of andere rampen, maar dergelijke hectische dagen verbleken bij deze periode. “Dit sloeg werkelijk alles. We hebben nog nooit eerder zo hard alles op alles moeten zetten”, vervolgde Koen
Om die inspanningen in goede banen te leiden, kon het UZ Brussel op één betrouwbare factor terugvallen. “We staan er haast niet meer bij stil, maar het dataverkeer in ons ziekenhuis is nooit vastgelopen en heeft het werk van heel wat zorgkundigen een stuk eenvoudiger gemaakt”, vertelt Koen. “De testresultaten liepen vlot binnen, de CT-scans die we van de thoraxen van alle patiënten namen, waren altijd en overal beschikbaar.”
En dat is een enorme hulp voor het zorgkundig personeel, volgens Koen. “Omdat verpleegkundigen nu eenmaal niet elke dag kunnen werken, was het voor hen erg belangrijk om de ontwikkeling van de patiënten te kunnen opvolgen en snel bij de hand te hebben. Dat is altijd vlekkeloos verlopen. Het circuit waarmee de patiëntgegevens in het ziekenhuis werden uitgewisseld, wist op die manier de continuïteit te garanderen voor het ziekenhuispersoneel, een erg belangrijke factor in de aanpak van het coronavirus. Als je alle handen nodig hebt en zelfs mensen van de administratieve afdeling inschakelt op andere diensten, dan mag er niets misgaan met de kanalen die we constant nodig hebben. Gelukkig zijn onze medische dossiers altijd up and running gebleven.”
Het mag duidelijk zijn dat het UZ in Brussel alle zeilen moest bijzetten tijdens de eerste coronagolf. Gelukkig kon het personeel terugvallen op een onvermurwbaar dataplatform dat op geen enkel moment kraakte. Zo konden artsen en verpleegkundigen zich ten volle op de patiënten concentreren zonder extra beslommeringen op IT-vlak.
Datastroom
Een krachtig dataplatform dat het integreren van nieuwe applicaties eenvoudig maakt, kan alle extra problemen voorkomen, niet alleen in één ziekenhuis, maar zelfs in hele netwerken. Het Belgische ziekenhuislandschap bestaat vandaag uit 25 ziekenhuisgroepen. Die ondervinden nog steeds de nodige moeite met het overmaken van patiëntgegevens tussen verschillende instanties. Dat legde het coronavirus eens te meer pijnlijk bloot. Thuisverplegers die coronapatiënten na een lange en intense behandeling verder opvolgden, moesten daarvoor vertrouwen op de papieren ontslagbrief die het ziekenhuis voorzag. Of soms zelfs enkel op instructies van de patiënt zelf. In de huidige tijden zouden zij met de details uit het dossier veel efficiënter te werk kunnen gaan. Een ander gegeven zijn de sterftecijfers uit woonzorgcentra. Die lieten dagenlang op zich wachten en vertraagden zo de juiste strategische keuzes om de pandemie te lijf te gaan.
Stuk voor stuk vermijdbare situaties en ongemakken. De technologie om deze dataknoop door te hakken staat al lang op punt en is gewoon beschikbaar. De betere dataplatformen kunnen verkeer intern in het ziekenhuis, maar ook extern met huisartsen, thuisverpleging, woonzorgcentra, partners, overheid of andere medewerkers stroomlijnen en ons allemaal beter voorbereiden op een soortgelijk scenario. De zorgmedewerkers werkten zich uit de naad en krijgen terecht tonnen respect, maar meer nog verdienen zij de beste werkomstandigheden en een sluitend dataplatform dat hun werk fors kan vereenvoudigen. InterSystems wil graag de ideale sidekick van de helden van vandaag zijn.
Lees meer
De route naar een moderne zorgorganisatie E-book voor bestuurders in de zorg
Beeldbron: Adobe Stock © DisobeyArt 362842775